Werkzame stof:
Busereline
Samenstelling:
Implantatiestift 'Depot' voor onder de huid (= subcutaan = s.c.) : 6,3 mg busereline-acetaat per stift
Neusspray, flacon 15 ml (100 doses): 0,15 mg busereline-acetaat per dosis. De neusspray bevat benzalkoniumchloride als conserveermiddel.
Injectievloeistof, ampul 5,5 ml: 1 mg busereline-acetaat per ml. De injectievloeistof bevat benzalkoniumchloride als conserveermiddel
Fabrikant/leverancier:
Aventis Pharma BV
Deze bijsluiter is opgebouwd uit de volgende onderdelen:
- Wanneer gebruiken?
- Wanneer niet gebruiken?
- Zwangerschap en borstvoeding
- Verkeer, werk en sport
- Hoe werkt het?
- Bijwerkingen en overgevoeligheid
- Wisselwerkingen
- Hoe te gebruiken?
- Hoe te bewaren?
- Medicatietrouw
- Medicatiebegeleiding
- Bijzonderheden
- Overdosering
Wanneer gebruiken?
- Endometriose
- Prostaatkanker (prostaat-carcinoom)
- Onvruchtbaarheid , bij de vrouw
Wanneer niet gebruiken?
- Overgevoeligheid of allergie voor dit medicijn of voor een van de bestanddelen (o.a. benzalkoniumchloride)
- Zwangerschap
Breng ook een vervangende arts of een medisch specialist op de hoogte van eventuele andere ziekten of klachten die u heeft. Hiermee kunt u voorkómen dat u verkeerde medicijnen krijgt voorgeschreven. Lees ook de patiëntenbijsluiter om te zien wanneer dit medicijn niet mag worden gebruikt.
Zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Dit medicijn niet gebruiken tijdens zwangerschap en voor of tijdens de bevalling.
Tijdens gebruik van dit medicijn geen hormonale anticonceptiva (= 'de pil') gebruiken. Gedurende tenminste de eerste twee maanden van gebruik van dit medicijn zwangerschap voorkomende (= anticonceptieve) maatregelen nemen (o.a. condooms, spiraaltje of zaaddodende pasta). Daarna is de kans op zwangerschap vanwege de werking van dit medicijn erg klein. Bij zwangerschap direct stoppen met het gebruik van dit medicijn.
Borstvoeding
Tijdens gebruik van dit medicijn geen borstvoeding geven.
Belangrijk!
Lees ook de patiëntenbijsluiter voor informatie over het gebruik van dit medicijn tijdens zwangerschap of borstvoeding.
Verkeer, werk en sport
Dit medicijn kan met name bij de man als mogelijke bijwerking o.a. duizeligheid veroorzaken. Hiervan kunnen allerlei dagelijkse activiteiten, zoals bezigheden in en rond het huis, deelname aan het verkeer en het bedienen of besturen van machines, ernstige hinder ondervinden.
Belangrijk!
Lees ook de patiëntenbijsluiter voor informatie over de mogelijke invloed van dit medicijn op het reactie-, concentratie- en/of gezichtsvermogen.
Hoe werkt het?
Dit medicijn heeft een werking die vergelijkbaar is met het hypothalamus-hormoon gonadoreline (= LH-RH). Het stimuleert de hypofyse tot productie en afgifte van follikel stimulerend hormoon (= FSH) en luteïniserend hormoon (= LH). Deze hormonen bevorderen bij de vrouw de eisprong (= ovulatie) en bij de man de ontwikkeling van de testes en de zaadproductie. Bij voortgezet gebruik van dit medicijn daalt bij de man de productie van testosteron, waardoor onvruchtbaarheid (= infertiliteit) kan ontstaan. Bij de vrouw daalt bij voortgezet gebruik van dit medicijn de productie van oestrogenen en progestagenen, waardoor de ovulatie (= eisprong) wordt geremd.
Bijwerkingen en overgevoeligheid
Neusspray:
- Irritatie van de neus
- Neusbloedingen
- Suprefact®: Na injectie:
- Irritatie, pijn, zwellingen, huiduitslag en onderhuidse bloeduitstorting (= hematoom) op de p-laats van injectie.
Bij de vrouw:
- Borsten, pijnlijke
- Botweefsel-verlies, van bepaalde botten (= trabeculair botweefsel)
- Depressie
- Doorbraakbloedingen, na de eerste weken van gebruik
- Droge vagina
- Gevoelsstoornissen van de tastzin (= paresthesieën)
- Geslachtsgemeenschap (= coïtus), pijnlijk (= dyspareunie)
- Kloppingen (= palpitaties)
- Haaruitval(= alopecia)
- Hoofdpijn
- Huid, overmatige beharing (= hirsutisme)
- Menstruatie: klachten voorafgaande aan de menstruatie (= premenstrueel syndroom)
- Misselijkheid
- Onttrekkingsbloedingen, gedurende de eerste weken van gebruik
- Opvliegingen
- Ovariumkysten
- Overgevoeligheidsreacties, o.a. jeuk en huiduitslag (urticaria)
- Slaapstoornissen
- Vermoeidheid
- Vochtophoping in de ledematen (= perifeer oedeem)
- Zweten
Bij de man:
-Bloeddrukverhoging (= hypertensie), ernstige; wanneer al bloeddrukverhoging bestaat
-Braken
-Diarree
-Duizeligheid
-Gewichtsveranderingen
-Hoofdpijn
-Misselijkheid
-Opvliegingen
-Seks, zin in (= libido), verminderd
-Vochtophoping, rond enkels en kuiten (= perifeer oedeem), wanneer ook bloeddrukverhoging (= hypertensie) bestaat
Belangrijk!
Vaak is er maar een kleine kans op bijwerkingen. Er zijn echter ook geneesmiddelen met een betrekkelijk grote kans op bijwerkingen. Wanneer tijdens het gebruik van dit medicijn effecten optreden die u niet kent, verwacht of vreemd vindt, kan dat wijzen op:
- een bijwerking van dit medicijn,
- wisselwerking van dit medicijn met een ander medicijn, voedsel of drank of op
- overgevoeligheid voor dit medicijn of
- een allergische reactie op dit medicijn.
De kans op bijwerkingen wordt gewoonlijk groter bij hogere doseringen. Het is mogelijk dat u overgevoelig of allergisch bent (of wordt) voor een bepaald medicijn. Als u weet dat u overgevoelig of allergisch bent voor een bepaald medicijn, moet u dat medicijn niet gebruiken. Vergeet echter niet uw arts te vertellen voor welk(e) middel(en) u overgevoelig bent. Zo voorkomt u dat u dat medicijn nogmaals voorgeschreven krijgt. Breng ook een vervangende arts of medisch specialist op de hoogte van overgevoeligheid of allergie voor bepaalde medicijnen. Als een medicijn al wat langer op de markt is, worden er niet zelden nieuwe bijwerkingen ontdekt. Hierdoor neemt het aantal 'bekende' bijwerkingen van een medicijn soms met de jaren toe. Een al wat ouder medicijn met veel bijwerkingen is daarom niet perse onveiliger dan een nieuw medicijn waarvan nog maar weinig bijwerkingen bekend zijn. Lees de patiëntenbijsluiter voor meer informatie over de mogelijke bijwerkingen van dit medicijn.
Wisselwerkingen
Er zijn voor zover bekend bij gebruik volgens voorschrift geen wisselwerkingen van betekenis met andere medicijnen, voedsel, dranken of andere stoffen.
Belangrijk!
Vertel ook een vervangende huisarts of medisch specialist welke medicijnen u gebruikt. Zo kunt u voorkómen dat u medicijnen krijgt voorgeschreven, die niet mogen worden gecombineerd met medicijnen die u al gebruikt. Lees ook de patiëntenbijsluiter in de verpakking voor informatie over mogelijke wisselwerkingen van dit medicijn met andere medicijnen, voedsel of dranken.
Hoe te gebruiken?
Zie etiket en de gebruiksaanwijzing in de bijsluiter.
Belangrijk!
Vraag uw arts of apotheker om uitleg als u niet goed begrijpt hoe u dit medicijn moet gebruiken. Doe dat ook als u dat niet precies (meer) weet of wanneer u dat bent vergeten.
Hoe te bewaren?
In de verpakking bij kamertemperatuur.
Belangrijk!<br>Kleine kinderen denken dat medicijnen eetbaar, drinkbaar of snoepgoed zijn. Bewaar medicijnen daarom altijd buiten bereik van kleine kinderen! De meeste medicijnen zijn in de originele verpakking goed houdbaar bij kamertemperatuur (lees ook het bewaarvoorschrift in de verpakking). Bewaar medicijnen niet in een warme en/of vochtige omgeving, zoals een douchecel of badkamer. De uiterste gebruiksdatum van een medicijn staat vermeld op de verpakking. Overtollige medicijnen moet u niet bewaren, aan anderen geven of in vuilnisbak of toilet gooien. U kunt ze het beste terugbrengen naar de apotheek.
Medicatietrouw
Correct gebruik van medicijnen
In de praktijk wordt maar liefst 50% van alle medicijnen niet, onvoldoende of verkeerd gebruikt! Het gebruik van medicijnen is echter alleen zinvol wanneer ze correct worden gebruikt. Dat wil zeggen nauwkeurig volgens het voorschrift van de arts. Wanneer u geen of te weinig medicijn gebruikt (= onderdosering), kan het zijn dat de klachten niet verdwijnen en langer duren dan nodig is of zelfs verergeren. Gebruik daarom niet minder medicijn dan is voorgeschreven. Wanneer u te veel medicijn gebruikt (= overdosering), kan dat leiden tot ongewenste bijwerkingen en zelfs tot ziekenhuisopname. Gebruik daarom niet méér medicijn dan is voorgeschreven. Overleg altijd eerst met uw arts voordat u stopt met het gebruik van dit medicijn of wanneer u van plan bent de dosering te veranderen. Vraag uw arts of apotheker om uitleg als u niet precies (meer) weet hoe u uw medicijnen moet gebruiken of wanneer u dat bent vergeten.
Zelf combineren van medicijnen
Combineer recept-medicijnen niet op eigen initiatief met oude medicijnen, die u heeft bewaard, of met zelfzorg-medicijnen. Dit kan namelijk leiden tot ongewenste wisselwerkingen (= interacties). Vraag eerst advies aan uw arts of apotheker als u naast de medicijnen van de dokter nog andere medicijnen wilt gebruiken.
Vertrouwen in de medicijnen
Voor een goed resultaat is het van groot belang dat u vertrouwen in uw medicijnen heeft. In de praktijk is gebleken dat bij onvoldoende vertrouwen in de medicijnen het gebruik ervan vaak slecht is (= medicatie-ontrouw). Wanneer u denkt dat u het verkeerde medicijn heeft gekregen, bang voor bijwerkingen bent of denkt dat de medicijnen, die u heeft gekregen, niet of niet voldoende helpen , kan dat uw vertrouwen in de medicijnen ernstig ondermijnen. In dat geval kunt u het beste contact opnemen met uw (huis)arts of apotheker om te bespreken of doorgaan met die medicijnen wel zinvol is. Bespreek eventuele problemen met betrekking tot uw medicijnen altijd met uw arts of apotheker. Deze kunnen dan uw ongerustheid weg nemen of bekijken of u misschien andere medicijnen nodig heeft.
Medicatiebegeleiding
Gebruik dit middel nauwkeurig volgens voorschrift van uw arts. Wijk niet af van het voorschrift als de werking u tegenvalt of als u geen klachten (meer) heeft. Ook dan moet u de medicijnen tot de volgende controle volgens voorschrift blijven gebruiken. Overleg daarom altijd eerst met uw arts wanneer u van het voorschrift wil afwijken. Bespreek uw ervaringen en eventuele problemen met dit medicijn regelmatig met uw arts tijdens de controles. Vertel uw arts ook of u wél of niet tevreden bent met het voorgeschreven medicijn. Die kan dan bijvoorbeeld bekijken of de dosering moet worden aangepast of dat u (nog) andere medicijnen nodig heeft. Als u problemen met het gebruik heeft of niet (meer) weet hoe u dit middel moet gebruiken, kunt u dat ook met uw apotheker bespreken.
Bijzonderheden
De neusspray en de injectievloeistof bevatten benzalkoniumchloride als conserveermiddel
Overdosering
Mogelijke verschijnselen na overdosering (o.a.)
Wij beschikken momenteel niet over gegevens over de mogelijke verschijnselen na overdosering met dit medicijn.
Belangrijk!
Blijf kalm, stop het gebruik en bel zo snel mogelijk uw (huis)arts of het dichtst bijzijnde ziekenhuis wanneer sprake is van overdosering of wanneer overdosering wordt vermoed.
Houd de bijsluiter of verpakking van het betreffende medicijn bij de hand als u belt. Neem die ook mee als u naar een arts of naar het ziekenhuis toe gaat. Lees ook de bijsluiter in de verpakking over mogelijke verschijnselen en wijze van handelen bij overdosering.